Compact en betaalbaar, waar zijn de Nederlandse pocketboeken gebleven?

Waar is in Nederland het boek gebleven dat in je jaszak past? Is het alleen een groot gemis voor de mensen die af en toe een ‘pocketje’ over de grens lezen? Pocketbooks, livres de poche, Taschenbücher, tascabili, om ons heen hebben ze nog altijd een belangrijk marktaandeel. Draagbaar en betaalbaar, een geweldig idee!

Penguin

Over het algemeen wordt Penguin UK gezien als de belangrijkste pionier van de pocket. Allen Lane, oprichter van Penguin, was ervan overtuigd dat literatuur en non-fictie een veel groter publiek konden aanspreken als boeken voor een lagere prijs verkocht werden. In 1935 bracht hij de eerste tien titels op de markt, allemaal heruitgaven van populaire schrijvers zoals Agatha Christie en Ernest Hemingway. De boekjes gingen voor 1/15e van de prijs van een klassiek gebonden boek over de toonbank, in die tijd de prijs van een pakje sigaretten.

Er waren al eerder goedkope uitgaves op de markt gebracht, door het Duitse Albatross Books bijvoorbeeld. In de 19e eeuw kon Penguin de prijs van het boek drukken met een gelijmde in plaats van een gebonden kaft. Tegen de tijd dat Lane Penguin op de markt bracht, was het dankzij nog goedkopere technieken mogelijk om de productiekosten met 30% omlaag te brengen. Pockets werden niet gedrukt om te bewaren, dus de drukkwaliteit van een krant of tijdschrift voldeed. Maar zelfs met slecht papier en een gelijmde kaft, waren zulke lage prijzen alleen mogelijk bij enorme oplages. Pas bij 17.000 stuks kon Penguin de kosten dekken.

De boekjes gingen voor 1/15e van de prijs van een klassiek gebonden boek over de toonbank, in die tijd de prijs van een pakje sigaretten.

Om al die boeken te kunnen slijten, was een groot distributienetwerk dan ook van groot belang. Penguin pockets waren daarom niet alleen in boekenwinkels te vinden, maar ook op stations, in krantenkiosken en in de grotere detailhandels. Het lef van Lane werd direct beloond. In de eerste zes maanden verkocht Penguin Books één miljoen pockets en in 1936 werden dat er meer dan 3 miljoen.

Het grote succes bracht Penguin naar de Verenigde Staten (1939). In datzelfde jaar had de Amerikaan Robert de Graff al een succes geboekt met Pocket Books. Zijn eerste oplage van 100.000 was in New York binnen een week uitverkocht. In tegenstelling tot de sobere covers van Penguin UK, sierden grafische illustraties de covers van de Amerikaanse Pocket Books. Hoewel Lane het verafschuwde, bleek dat ook voor Penguin onoverkomelijk: ‘The general intention of our covers is to attract Americans, who, more elementary than the Britishers, are schooled from infancy to disdain even the best product unless it is smoothly packaged and merchandised’ aldus de baas van Penguin in de VS. Penguin en Pocket stonden samen aan de wieg van het boek als consumptieproduct voor de Amerikaanse massa.

Poche

Wie nu een ritje in de Parijse metro maakt of een kop koffie drinkt op een terras van een bistro, kan de boekjes met witte kaft bijna niet over het hoofd zien. In alle boekenwinkels, grote supermarkten en op alle stations struikel je zowat over de pockets. In 2018 waren 32 van de 50 bestverkochte boeken van pocketformaat. In Frankrijk zijn het uitsluitend heruitgaven en pockets vertegenwoordigen 30% van het totaalaantal verkochte boeken (15% in marktwaarde).

Maar in Frankrijk begon de pocket pas echt aan een opmars na de Tweede Wereldoorlog. Henri Filipichetti, de grote baas van boekenhandel Hachette, zag een Amerikaanse soldaat een boek uit zijn zak vissen en zag zijn kans schoon. Ook in Frankrijk zou het boek een veel groter publiek kunnen bereiken. Bij bevriende uitgevers peuterde hij wat bestsellers los die hij in 1953 uitbracht onder Le Livre de Poche. Dankzij het grote distributienetwerk van Hachette werden de goedkope uitgaven makkelijk verspreid. In de jaren 60 had Hachette meer dan 25.000 verkooppunten op stations en in krantenkiosken. Reden genoeg voor andere uitgevers, zoals Flammarion (J’ai Lu) en Gallimard (Folio) om ook met pockets te komen.

Dat de dichters Rimbaud en Verlaine nu in een oplage van 120.000 stuks gedrukt werden, was een sociale aardverschuiving.

Dat de dichters Rimbaud en Verlaine nu in een oplage van 120.000 stuks gedrukt werden, was een sociale aardverschuiving.

Hoewel de pockets in het begin vooral voor de literaire bestsellers uit de jaren twintig en dertig gereserveerd waren, begonnen uitgevers vanaf 1957 met klassiekers uit de 19e eeuw, zoals Zola en Flaubert. Dat de dichters Rimbaud en Verlaine nu in een oplage van 120.000 stuks gedrukt werden, was een sociale aardverschuiving. Literatuur en poëzie waren opeens toegankelijk voor het volk en niet langer een luxe voor de bovenklasse. Maar dat de boer en de arbeider massaal en lustig aan het lezen zouden slaan, bleek wishful thinking. Het nieuwe lezerspubliek dat werd aangesproken, bestond in overgrote meerderheid uit studenten en de groeiende middenklasse. In plaats van één boek konden zij voor dezelfde prijs vier boeken mee naar huis nemen.

Pokkenboeken

Ook in Nederland ontstond in de jaren 50 en 60 een pocket-rage. Naar Amerikaans voorbeeld werden er in die jaren meer dan honderd series in grote getalen verkocht. Slapbandboekjes, zakboekjes, smaldelen of kleinboeken. Hoe moesten de pockets in Nederland gaan heten? Alle pogingen en prijsvragen ten spijt werden de populaire Prisma pockets (‘het laagst geprijsd, het hoogst geprezen’), van uitgeverij Het Spectrum, al snel een synoniem van de pocket. Al gaven de boekverkopers, die niet veel konden verdienen aan de nieuwe rage, de voorkeur aan ‘pokkenboeken’.

Slapbandboekjes, zakboekjes, smaldelen of kleinboeken. Hoe moesten de pockets in Nederland gaan heten?

In Nederland is het pocketboek uiteindelijk geen blijvertje gebleken. De boeketreeks en de Prisma woordenboeken daargelaten, is het merendeel van de Nederlandse boeken vandaag te groot en te zwaar voor jas- of broekzak. De lezer die graag van papier leest is dan ook vaak gedwongen om een extra rugzak mee te torsen om een boek te kunnen lezen in de trein. Hoewel uitgevers met de zachte kaft de prijzen wel wat kunnen drukken, is er bij ons blijkbaar geen markt meer voor de echte pocket. Is de afzetmarkt in Nederland te klein voor de Nederlandstalige pocket? Of is er een gemeen complot van uitgevers op touw gezet? Wordt het niet tijd voor de terugkeer van de kleine boekjes?