Bois de Boulogne: van koninklijk jachtgebied tot groen toevluchtsoord voor Parijzenaren

Het Bois de Boulogne ten westen van Parijs, net buiten de Périphérique, maakt deel uit van het 16e arrondissement van de stad en is 846 hectare groot. Dat is twee en een half keer zo groot als Central Park in New York en meer dan drie keer zo groot als Hyde Park in Londen. Wat weten we van de geschiedenis van dit zeer groenrijke park, hoe is het ontstaan en welke transformaties heeft het gekend?

Het Bois de Boulogne is eigenlijk het enige overblijfsel van het al veel oudere en grotere forêt de Rouvray, een bos uit de 7e eeuw waar een bepaald soort eikenbomen groeide, le chêne rouvre oftewel de wintereik. Het bos strekte zich uit van het westen van het toenmalige Île-de-France tot in Normandië. Het totale aantal grond werd in het jaar 717 door koning Childerik II aangeboden aan de monniken van de machtige abdij van Saint-Denis, die daar vervolgens een groot aantal kloosters vestigden. In de 12e eeuw kocht Philippe Auguste, dan koning van Frankrijk, het grootste deel van het bos terug van de monniken om er een koninklijk jachtterrein van te maken. Het huidige Bois de Boulogne dankt zijn naam aan koning Philip Le Bel (Filips IV), die er in de 14e eeuw, na zijn bedevaart naar Boulogne-sur-Mer, een kleine kapel liet bouwen: de Notre-Dame-de-Boulogne-la-Petite.  

Ooit was het bos een donker hol voor struikrovers en andere ongure types

Tijdens de Honderdjarige Oorlog was het gedaan met de vrome, godminnende plek en werd het bos een toevluchtsoord voor struikrovers en andere schurken. Ook werd er een bloedige slag geleverd. Nadat de hertog van Bourgondië in 1416 een deel van het bos verbrandde, bleef er niets van de koninklijke allure die het eerder had over. Gelukkig heeft koning Lodewijk XI er weer nieuwe bomen laten planten en twee wegen aangelegd, zodat het bos weer als jachtterrein voor Franse koningen kon dienen. In 1528, toen koning François I aan de macht kwam, werd er in diens opdracht een kasteel gebouwd met als naam Château de Madrid. Deze naam lijkt op het eerste gezicht niet toepasselijk, maar in die tijd kwam het vaker voor dat de bouw van een kasteel geïnspireerd was door een ander bouwwerk en daarvan dan de naam droeg. Zo kwam de architectuur van dit kasteel overeen met een Madrileens landhuis in Spanje. In de 16e en 17e eeuw vonden er langzaamaan andere activiteiten en festiviteiten plaats in het Bois de Boulogne. Het jachtgebied werd afgescheiden door een muur met acht poorten, waartegen koning Henri IV 15.000 moerbeibomen liet planten, en een gebouw waar zijderupsen werden gekweekt, in de hoop een lokale zijde-industrie op te starten.

Van jachtterrein tot frivool decor voor theatervoorstellingen en weelderige feesten

In de 18e eeuw dienden het bos en de gebouwen als sprookjesachtig decor voor theatervoorstellingen en weelderige feesten. Een andere opmerkelijke historische gebeurtenis die in het bos plaatsvond, was de uitvinding van de heteluchtballon door de gebroeders Montgolfier. Deze meer dan twintig meter hoge hemelsblauwe en met vergulde guirlandes versierde ballon werd daar onder immense belangstelling gedoopt en gelanceerd. Tijdens de Franse revolutie is helaas een groot deel van het bos en gebouwen verwoest en bleef weer enkel een schimmig hol voor zwervers en voortvluchtige boeven over. Na de revolutie in 1848 is het Bois de Boulogne eigendom van de staat geworden en een paar jaar later, in 1852, is het aan de stad Parijs verkocht. De grote stadsvernieuwer in die tijd, baron Haussmann, transformeerde het bos in een groot park, zoals het nu is: een groot, groen park met kronkelpaadjes en aangelegde meertjes. Tevens liet hij een paardenrenbaan aanleggen, de Hippodrome van Longchamp, en twee pretparken, waaronder het Jardin d’Acclimatation.

Tegenwoordig biedt het Bois Boulogne voor de actieve Parijzenaar zo’n 28 kilometer aan ruiterpaden, 15 kilometer aan fietsroutes en ruim 35 kilometer aan wandelpaden. Daarnaast zijn er twee grote zwembaden, twee paardenrenbanen en een groot aantal meren en vijvers waar je een bootje kunt huren of kunt vissen. Het is een groot en druk park geworden, waar menig Parijzenaar gaat sporten of zijn kinderen meeneemt voor een dagje pretpark. Het bos biedt voor elk wat wils om de hectiek van de grote stad even te ontvluchten. Het wordt dan ook niet voor niets de poumon vert de Paris, de groene long van Parijs genoemd.