Van Cockney tot Scouse: maak kennis met de vele dialecten van de UK

“The rine in Spine stays minely in the pline”, zegt Eliza terwijl ze haar blik strak op haar leerboek gericht houdt.
-‘The RAIN in SPAIN stays MAINLY in the PLAIN,’ herhaalt professor Higgins zuchtend.
-‘Didn’t I “sie” that?’
-‘No, Eliza, you didn’t “sie” that; you didn’t even SAY that. Now, every night before you go to bed, where you used to say your prayers, I want you to say: “the rain in Spain stays mainly in the plain”. You’ll get much further with the Lord if you learn not to offend his ears!’

Dit is een scène uit My Fair Lady (1964), een film waarin het Londense bloemenmeisje Eliza Doolittle haar zware Cockneydialect, een working class dialect, moet afleren om te leren spreken als een upper class woman. De film illustreert hoezeer dialecten en accenten in Engeland gebonden zijn aan klasse. Dit is nu, zestig jaar later, niet anders. Nog altijd bestaan er vooroordelen rondom dialecten en de sprekers ervan.

Het Cockneydialect is slechts één van de veertig verschillende dialecten in het Verenigd Koninkrijk. Om te begrijpen hoe deze taalvarianten zijn ontstaan, moeten we terug in de geschiedenis, die bol staat van invasies en migraties. De oorspronkelijke talen van het Verenigd Koninkrijk, zoals het Keltisch, zijn beïnvloed door het Latijns (Romeinen), Germaans (Angelsaksen), Scandinavisch (Vikingen) en Oudfrans (Normandiërs). De natuurlijke barrières zoals bergen en rivieren zorgden ervoor dat de verschillende gemeenschappen geïsoleerd waren en zich zo op een unieke manier ontwikkelden. Zo ontstonden er verschillende taalvarianten. In Wales en Schotland behield de Keltische taal bijvoorbeeld meer invloed, waardoor we vandaag het Welsh en Schots-Gaelisch kennen.

Net zoals in Nederland kennen ook steden in het Verenigd Koninkrijk hun eigen dialect. Ze zijn ontstaan tijdens de industriële revolutie, toen mensen massaal naar steden trokken en zo nieuwe taalvarianten ontwikkelden.

Stedelijke accenten als Brummie en Cockney staan onderaan in de pikorde, net als accenten van etnische minderheden.

Londen heeft het Cockneydialect, Liverpool het Scouse, en kijkers van Peaky Blinders zullen bekend zijn met Brummie, het dialect van Birmingham. Ook steden in Wales, Schotland en Noord-Ierland hebben hun eigen dialecten. Een modern voorbeeld is het Multicultural London English (MLE), dat is ontstaan uit een mix van meer dan twintig etnische gemeenschappen en talen, waaronder Jamaïcaans en Hindi.

Hoewel deze diversiteit aan taalvarianten nu vaak als iets positiefs wordt gezien, bestonden er lange tijd vooroordelen over dialecten. In de 19e eeuw en vroege 20ste eeuw leerde je op school Received Pronunciation, een Britse uitspraak die als de standaard werd gezien en het hoogste sociale prestige genoot. Dit accent werd geassocieerd met de elite, educatie en sociale status. De BBC versterkte deze standaardisering door in 1922 voor haar eerste radio-uitzending Received Pronunciation als standaarduitspraak te kiezen.

Maar liefst 21 procent van de respondenten uit de arbeidersklasse zich zorgen maakte over de invloed van hun accent op hun loopbaan

Inmiddels laat de BBC een bredere representatie van regionale accenten zien, en beschouwen mensen hun dialect vaker als onderdeel van hun identiteit. Toch genieten niet alle dialecten hetzelfde prestige. Stedelijke accenten als Brummie en Scouse staan onderaan de sociale ladder, net als accenten van etnische minderheden.  Dialecten worden in de media, hoewel vaak humoristisch bedoeld, nog altijd stereotiep gebruikt. Zo worden sprekers van noordelijke accenten vaker als onintelligent neergezet.

Daarnaast worden sommige dialecten nog steeds als onprofessioneel beschouwd op de werkvloer, vooral in sectoren als diplomatie, recht of politiek. Veel Britten passen daarom hun accent aan in een professionele omgeving om vooroordelen te vermijden. Uit een enquête onder managers bleek dat maar liefst 21 procent van de respondenten uit de arbeidersklasse zich zorgen maakte over de invloed van hun accent op hun loopbaan.

Toch zijn er ook opstekers voor dialecten. Lange tijd vreesden onderzoekers dat dialecten langzaam zouden verdwijnen, met name door de opmars van het Londense en Zuid-Engelse accent, dat de noordelijke accenten dreigde te verdringen. Recent onderzoek toont echter aan dat noordelijke accenten veerkrachtiger zijn dan gedacht en dat er nog altijd een grote variëteit aan dialecten te vinden is in het Verenigd Koninkrijk. Veel mensen koesteren hun dialect als een trots symbool van hun afkomst en identiteit. Daarom zullen ze het niet snel opgeven — dus zoals ze in Yorkshire zeggen: “Be reyt.” (alles komt goed).