Einde van het jaar: tijd om terug te blikken. Overal verschijnen lijstjes – de beste films, de best verkochte boeken, de meest gespeelde games, het nieuwsoverzicht van het jaar, het sportjaar in foto’s, de Top 2000, en ook de verkiezingen voor het Woord van het Jaar. Sinds 2006 kun je stemmen op jouw favoriete Woord van het Jaar. Behalve in 2024. In dat jaar stopte Van Dale Uitgevers met de Woord van het Jaar-verkiezing in Nederland, omdat de stemming werd gekaapt door actiegroepen die wilden voorkomen dat er op de woorden transitiespijt en bieperaanval gestemd zou worden. Daarop besloot Van Dale zelf te bepalen welk woord het jaar het beste weergeeft. Maar hoe komt het Woord van het Jaar eigenlijk tot stand? En wat zegt het?
Jaarlijks organiseren Genootschap Onze Taal en Van Dale Uitgevers de Woord van het Jaar-verkiezingen. De eerste verkiezing werd echter al in 2003 georganiseerd door vertaalbureau The Language Lab, naar het voorbeeld van de Word of the Year-verkiezingen van de American Dialect Society en Merriam-Webster. Het idee was om met nieuwe woorden – of oude woorden die weer in beeld waren geraakt – de tijdgeest van dat jaar weer te geven. Gebruikers konden zelf woorden nomineren. Toen The Language Lab hun website ophief, namen Van Dale, Genootschap Onze Taal en het toenmalige gratis dagblad De Pers de verkiezing over. Nu kan iedereen een woord insturen. De organisatie maakt daaruit een selectie waarop kiezers kunnen stemmen.
Toen in 2008 het woord swaffelen won, na een oproep van de website GeenStijl om massaal hierop te stemmen, besloot Onze Taal voortaan aparte verkiezingen onder hun eigen leden te houden, om beïnvloeding door actiegroepen te voorkomen. In 2010 besloot Van Dale de verkiezingen in Nederland en Vlaanderen te scheiden en alleen de drie populairste woorden te publiceren. In december kunnen Nederlanders en Vlamingen twee weken lang stemmen op hun favoriete woord. Soms zijn dat bestaande woorden die ineens veel in de media verschijnen, maar meestal zijn het nieuw gevormde samenstellingen die een actueel fenomeen aanduiden.
De Woord van het Jaar-verkiezingen zijn een ludieke manier om terug te blikken op gebeurtenissen van het afgelopen jaar met de woorden die de tijdgeest weten te vatten .
Nieuwe woorden – neologismen – ontstaan meestal door afleidingen, samenstellingen of ontleningen. Een afleiding ontstaat door een voor- of achtervoegsel aan een woord toe te voegen (globalisering), of door twee woorden samen te trekken (meestribbelen – een samentrekking van meewerken en tegenstribbelen, geïntroduceerd door Pieter Derks in de oudejaarsconference van 2024). Voor een samenstelling plak je simpelweg twee woorden aan elkaar (hangmatbeleggen, het Vlaamse woord van het jaar 2024). Ontleningen worden ofwel onvertaald uit een andere taal overgenomen (brainrot), of letterlijk vertaald (handhaven uit het Franse maintenir).
Als je kijkt naar de betekenis van de genomineerde Woorden van het Jaar, zie je dat het woorden zijn die op dat moment actueel zijn in de maatschappij. Journalisten verzinnen ze vaak om een nieuw verschijnsel te duiden (maganomics, door NRC), politici gebruiken ze om hun visie of beleid kort en krachtig te verwoorden (klimaatarts, door het Departement Zorg van de Vlaamse overheid), en bekende mensen lanceren ze als creatieve vondst (regelneef of doemdenken, geïntroduceerd door Van Kooten en De Bie). Ook ontstaan er nieuwe woorden uit populaire hashtags op sociale media, succesvolle marketingcampagnes van bedrijven of organisaties (borstschroom, van de Intercommunale Kustreddingsdienst West-Vlaanderen), of werkwoorden die zijn afgeleid van een merknaam (whatsappen, van de app WhatsApp). Wanneer deze neologismen relevant blijven en veel gebruikt worden, belanden ze uiteindelijk in het woordenboek. Het Woord van het Jaar krijgt sowieso een plek daarin.
In Vlaanderen hebben woorden van het jaar veelal te maken met maatregelen en organisatie, in Nederland met hoe mensen een situatie ervaren en wat ze ervan vinden.
Waarom zijn de Nederlandse en Vlaamse Woord van het Jaar-verkiezingen eigenlijk gescheiden? Hoewel Nederland en Vlaanderen dezelfde taal delen, zijn het twee aparte landen met verschillende culturen en gebeurtenissen. In Vlaanderen gaan Woorden van het Jaar vaak over maatregelen of organisatie (druktebarometer, sportbubbel), terwijl ze in Nederland eerder de publieke beleving en meningen weerspiegelen (viruswappie, comfortwater).
Toch gebruiken we soms dezelfde nieuwe woorden die het jaar het best samenvatten. In 2023 was graaiflatie zowel in Nederland als Vlaanderen het populairste woord. In 2022 was dat klimaatklever, volgens de Van Dale-verkiezingen in beide landen.
De Woord van het Jaar-verkiezingen zijn opgezet als een ludieke manier om de tijdgeest in woorden te vangen en zo terug te blikken op het afgelopen jaar. Het gaat om nieuwe woorden die actuele maatschappelijke fenomenen aanduiden – onderwerpen die we in Nederland en Vlaanderen belangrijk vinden om te bespreken. Om te voorkomen dat een actiegroep de Nederlandse Van Dale-verkiezing van 2024 zou kapen, koos Van Dale zelf het Woord van het Jaar: polarisatie – wat ook een beetje een statement was. Als je kijkt naar hoe discussies en verkiezingen tegenwoordig verlopen, geeft dit woord inderdaad treffend de actualiteit weer. Ook internationaal: in de Verenigde Staten riep woordenboekenuitgever Merriam-Webster polarization uit tot Woord van het Jaar.